Verkeer | Verkeersveiligheid | Vorm
  • Home
  • Verkeer
    • Verkeerskunde
    • Verkeer uitgelegd
    • Verkeerskundige links
    • Verkeersfilms
    • Ietsje mis
  • Verkeersveiligheid
    • Verkeersveiligheid
    • Verkeersveiligheidsaudit
    • Uitgevoerde verkeersveiligheidsaudits
    • Triest
  • Vorm
    • Vormgeving
    • Turborotondes >
      • Wat is een turborotonde?
      • Eisen aan turborotonde
      • Hoe moet ik op een turborotonde rijden?
      • Types
      • Locaties
      • Onderzoek en promotie
    • Bijzondere kruispunten
  • Blog
  • Nader kennismaken
    • Motivatie voor deze site
    • Maak kennis
    • Publicaties
    • Stel een vraag
  • Zoeken
Snelheidscamera's en rood licht camera's leggen verkeersovertredingen vast en zorgen er "automatisch" voor dat er een bon in de brievenbus valt. Tot zover voor veel mensen de bekende gang van zaken. Veel minder bekend is hoe deze camera's werken die in de flitspalen zitten.


Hoe werkt een snelheidscamera precies?

Snelheidscamera’s werken met radarsignalen. De radar zendt een geluidsgolf uit, die voor ons niet hoorbaar is. Die golf weerkaatst tegen een bewegend object zoals een voertuig. Radargolven kennen een zogenoemd 'doppler effect' waarbij de snelheid van terugkaatsen wordt gemeten. Een rijdend voertuig beweegt naar de radargolf toe of er van af. Het tijdsverschil tussen de verschillende terug ontvangen signalen kan groot of klein zijn. Bij een groot tijdsverschil rijdt het voertuig sneller dan bij een klein tijdsverschil. Op basis van dit tijdsverschil wordt de rijsnelheid van het voertuig berekend.
FotoDirk Jan Bakker kreeg een bekeuring thuis vanwege twee duiven...
Bij een groot tijdsverschil rijdt het voertuig sneller dan bij een klein tijdsverschil. Op basis van dit tijdsverschil wordt de rijsnelheid van het voertuig berekend. 
Het gebied dat de camera in de gaten kan houden is twee of drie rijstroken breed. Als er een (vracht)auto het gebied inrijdt dat de radar bestrijkt, dan worden dus alleen voor dat gebied de radargolven teruggekaatst en wordt de snelheid berekend. Soms staat een langs vliegende vogel op de foto... Snelheidscamera's zitten vaak in vaste flitspalen maar kunnen ook in onopvallende surveillerende politieauto's zijn geplaatst, op een statief in de berm of naast de geleiderail. Je ziet ze ook wel eens op een viaduct boven de snelweg.


Snel rijden, maar nog sneller meten

De meting en berekening van de snelheid duurt per keer maar 0,4 seconde. In deze tijd wordt twee keer bepaald hoe hard een auto rijdt. Voor juridisch bewijs worden altijd twee metingen gedaan, ook al kan de radar het met één meting af. Als de radar constateert dat de auto te hard rijdt, wordt er in éénduizendste van een seconde een foto gemaakt. Voor het controleren van één auto is dus minder dan een halve seconde nodig. In één seconde kunnen dus twee auto’s op de foto gezet worden. Soms in één richting, soms voor meerdere rijstroken tegelijk en soms in twee richtingen voor meer rijstroken.

Op welke plaatsen worden snelheidscamera’s toegepast? 

Harde eisen voor plaatsing en de zichtbaarheid van snelheidscamera's bestaan in Nederland niet. Elke politieregio is vrij dat zelf te bepalen. Partijen die hier invloed op hebben zijn het lokale Openbaar Ministerie (OM), het Landelijk Parket Team Verkeer (LPTV), de politie, de wegbeheerder en de provincie. Zij overleggen hierover periodiek met elkaar. Uiteindelijk beslist het lokale OM of ergens een vaste camera wordt geplaatst of dat de mobiele camerateams op een bepaalde locatie gaan staan. Ook formele criteria wanneer en waar snelheidscamera’s gebruikt worden zijn er niet. De volgende richtlijnen worden vaak gehanteerd:
1. op plaatsen/wegen met een relatief hoog aantal verkeersongevallen;
2. op plaatsen/wegen waar een aanwijsbare samenhang tussen ongevallen en snelheid is vastgesteld;
3. op plaatsen/wegen met veel snelheidsovertreders.

Picture
Picture
Picture
Picture

Hoe werkt een roodlichtcamera precies?

De roodlichtcamera wordt aangestuurd door twee lussen in het wegdek die net ná de stopstreep liggen (zie foto hiernaast).
​De tussenruimte is 0,5 of 1 meter zodat ook de snelheid gemeten kan worden én de set lussen niet door 2 voertuigen gelijktijdig bezet kunnen zijn. 
Een auto die bij rood licht over deze twee lussen rijdt, veroorzaakt een verstoring in het magnetische veld dat rondom die lussen ligt en de camera registreert dat er door rood wordt gereden en 'flitst'. De camera wordt pas in werking gesteld 'ergens' tussen nul en één seconde nadat het licht naar rood is gegaan. Zo wordt degene die door geel/oranje rijdt niet afgestraft. De politie stelt deze 'pardontijd' in, maar niet duidelijk is op basis waarvan deze tijd daadwerkelijk wordt bepaald.
​
Een meting wordt pas gedaan ná een seintje (puls) vanuit de lussen en altijd met een check van de stand van het verkeerslicht (rood/geel/groen). Voor het roodrijden wordt het ogenblik dat het voertuig over de eerste lus ná de stopstreep rijdt vergeleken met de stand van het verkeerslicht (al dan niet rood of groen). ​
Foto
Lussen nĂ¡ de stopstreep die zorgen dat de camera wordt aangestuurd om negatie van roodlicht tegen te gaan.
Bij rood, en dus een overtreding, maakt de roodlichtcamera twee foto's. De eerste foto registreert de overtreding. De tweede foto registreert of het voertuig nog stopt op de eerste lus of doorgereden is en ook de tweede lus heeft bezet. Voor het vaststellen van snelheid wordt de tijdspanne gemeten tussen het moment waarbij het voertuig na de eerste lus (na de stopstreep) over de tweede lus (na de stopstreep) rijdt. Gecheckt wordt of de maximumsnelheid wordt overtreden en of door rood c.q. groen gereden is. Dus niet alleen of je door rood rijdt, maar ook of je te hard door rood rijdt of te hard door groen. In alle gevallen levert het een bekeuring op, de één hoger dan de andere. De flits gaat in éénduizenste van een seconde; bij digitale camera’s is dat een onzichtbare (infrarode) flits.

De lussen vóór de stopstreep zijn ‘aanwezigheidslussen’ en detecteren of er voertuigen (= ijzer) aanwezig zijn in de wachtrij.
Doorgaans liggen er per rijstrook op diverse punten (op 150 of 100 meter en 50 of 25 meter lussen + net voor de stopstreep) zodat de regelautomaat ‘weet’ of er voertuigen aan komen rijden of staan te wachten c.q. de wachtrij is verdwenen en het licht naar rood kan. Deze hebben dus niets te maken met de handhaving van het rode verkeerslicht.


Overtredingen kosten geld
Bij roodlichtcamera wordt dus ook de snelheid gecontroleerd: je hebt zo vier kansen bij verkeerslichten:
A. door groen of geel/oranje (geen boete)
B. door rood met auto of motor (boete € 230,-)
C. te hard door rood (boete € 230,- + bedrag voor te hoge snelheid, afhankelijk van die snelheid en geldende maximumsnelheid). Zie voor de prijzen de boetebase.
D. te hard door groen (boete snelheidsovertreding is na te gaan in de boetebase).
​

Hoe komt die bon in mijn brievenbus?

Foto
Als een overtreding wordt geconstateerd, dan wordt het voertuig met kenteken gefotografeerd, steeds vaker met een digitale camera. Hierdoor is het mogelijk de gegevens digitaal op te slaan, automatisch het kenteken te herkennen en de voertuigklasse vast te stellen (vrachtauto, auto, etc.). De verwerking is daardoor steeds meer geautomatiseerd; het wisselen van filmrolletjes is niet meer nodig. Deze gegevens worden opgenomen in een bestand dat via streng beveiligde communicatielijnen digitaal naar het verwerkingssysteem van de betreffende politieregio wordt gestuurd. Deze sturen de gegevens van de eigenaar en de gegevens van de overtreding naar het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). Het CJIB zorgt ervoor dat de bekeuring naar de voertuigeigenaar wordt verzonden. Doordat veel digitaal gaat valt de bekeuring ook steeds eerder in de brievenbus.

Interessante links:

Hoe werkt een verkeerslicht?
Waarom te hard rijden weinig zin heeft
Zit er een camera in die flitspaal?
www.snelheidsinfo.nl/index2.html
Boetebase van het Openbaar Ministerie
Terug naar 'Verkeer uitgelegd'
Aangestuurd door Maak uw eigen unieke website met aanpasbare sjablonen.